zaterdag 4 december 2010

Poep

Wat was ik vroeger arrogant. Ik dacht dat ik briljant was en dat de wereld zat te wachten op wat ik te zeggen had. Ik dacht alleen maar 'poep' in een vol stadion te hoeven roepen, en dan zou het hele stadion op de banken staan.
Gelukkig had de wereld wat klappen voor me in petto, en werd de arrogantie er klap voor klap uitgeramd. Ik ben nu in een stadium beland, als ik nog één klap krijg, ben ik een monnik - gezuiverd van onpure gedachten.
Het wachten is op die laatste klap, ergens om een hoek.

Als ik uit de douche stap, en me afdroog, kijk ik naar mijn schaduw. Aan mijn rug lijkt zich een uitsteeksel te bevinden, een zwarte vlek.